Waarom heeft UV-Shield geen SPF vermelding?
1. Het aanvankelijke idee
Aangezien zowat alle zonnefilters (behoudens een paar zoals Eusolex 232) zijn alle zonnefilters enkel olieoplosbaar.
Dit wil zeggen dat indien men deze filters opneemt in een dagcrème, zoals zovele merken doen, er een enorme plakboel ontstaat die zonder extra additieven bijzonder onprettig is. In vele gevallen worden er dan zetmelen toegevoegd die deze kleverige toestand moeten verdoezelen.
Daarnaast is het zeker geen goed idee om een gevoel van veiligheid te geven omdat een zonnefilter na 2 uur geen werking meer heeft. Gebruikt men om 07,00 U een dagcrème met zonnefilter dan is die m.a.w. uitgewerkt tegen 09,00 U als de zon gaat schijnen.
Aangezien het hier om een secundaire claim gaat, stelt de wetgever geen bijkomende eisen over de zonnebeschermng.
Claim 1: Dag crème; moisturizing
Claim 2: zonbescherming.
Daarnaast ben ik verder gegaan op een Zwitserse toxicologische studie die aantoont dat chemische zonnefilters (Avobenzone, oxybenzone, octacrylene,...) van bijzonder kleine moleculaire structuur zijn (<50 dalton). "1 dalton = 1/12 van het koolstofatoom) dit wil zeggen dat dit zonder problemen de Reimse barrière kan penetreren en bijgevolg in de bloedbaan kan terechtkomen waar deze stoffen zorgen voor hormonale schommelingen: mannen krijgen last van hun prostaat en vrouwen aan borsten en baarmoeder als gevolg hiervan. Voor de wetgever is de keuze niet gemakkelijk:
- ofwel hebben we last van huidkanker
- ofwel hebben we problemen met prostaat, borsten en baarmoeder.
Ik dacht er dan goed aan te doen de zonnefilter in een ander medium te plaatsen door deze zonnefilters te kapselen in een silica balletje (studie Merck chemicals) en dit vervolgens in een waterig milieu te plaatsen zodat er:
1 geen plakboel ontstaat
2 er in de plaats daarvan een gemakkelijk te gebruiken product is dat meermaals, bij noodzaak kan verneveld worden zelfs over de make up.
3 De dagcrème aangenaam blijft en de zonnefilter effectief
4 De problemen van penetratie worden vermeden. 1 micron is te groot om te penetreren en nog steeds klein genoeg om onzichtbaar te blijven.
Voor ons had dit dus als doel als "ANTI AGING" ingezet te worden want het oorzakelijk verband van UV en premature actinische veroudering werd reeds veelvuldig aangetoond. Het was dus niet de bedoeling een zonneproduct te maken. (Claim 2 dus, maar er is blijkbaar geen Claim 2 als er geen Claim 1 is.)
2. Een zonne-beschermingsproduct.
Zowat iedereen was verbaasd van de werking van het product en begon dan ook het product als zonnebeschermer te gebruiken.
Dat was leuk om te horen en te beleven, maar dit heeft zijn consequenties.
De regel (weerom een misverstand minder)!
Bij regelmaat een factor 20 gebruiken is beter dan 1 maal een factor 50.
Indien ik zelf een lijn als zonnebescherming zou maken zou ik het opdelen per huidtype van Fitzpatrick 1 tot 5!
Gebruiksgemak blijft van fundamenteel belang. Ik ken nog steeds geen vrouw die de make up eraf gaat halen om 's middags vlug terug zonnebescherming aan te brengen dan weer de make up erover om een terasje op te zoeken!
Bovendien is een factor 20 gelijk aan 95 % bescherming en een factor 50 gelijk aan 98 % bescherming. Dus regelmaat is belangrijker dan factor en daar heeft de wetgever het in mijn ogen verkeerd voor!
Met de bedoeling te voldoen aan de wetelijke verplichtingen te voldoen heb ik de nodige testen laten doorvoeren;
De wetgever legt op dat de waarden van de SPF : UV-B daarvan 1/3 moet zijn voor UV-A. Dus bij een test van 21 UB moet er effectiviteit zijn van 7 voor UV-A.
Dit werd verschillende malen getest maar telkens met verschillende resultaten.
In vitro bij Merck was de UV-B waarde 21,5 dus moest de UV-A waarde 7,1 zijn waar wij 6,6 haalden.
Bij Helio science haalden we een lagere waarde UV-B (15,8) met een waarde van 8,7 voor UV-A
Beide testen samen zouden dus o.k. zijn voor een factor 20 maar individueel halen we een factor 15.
Zowel factor 15 als factor 20 wordt aanzien als gemiddelde bescherming.
Blijft echter dat wij het product willen inzetten als anti Aging en in mindere maten als zonnebrandmiddel. (al doe het dit wel)
We schrijven ook op de verpakking dat dit product niet dient als product voor strandvacantie etc....
Wat hier overduidelijk is, is dat de bestaande testen niet relevant zijn. Er bestaat blijkbaar geen protocol voor een vloeibaar product om de testen te doen.
Bij zo'n test wordt er product verneveld op een plaatje en wordt de UV (straling) door het plaatje gemeten. Maar een vloeistof kan weglopen wat ook op de huid zo is, maar doordat het regelmatig kan gebruikt worden is het uitgesloten dat bij een volgende applicatie hetzelfde plekje niet zou worden beneveld.
Aangezien ik me wilde verzetten tegen de minder gelukkige SPF wetgeving had ik bij aanvang gemeld dat we een bescherming bieden tegen 95 % van de schadelijke straling. Wetenschappelijk is dit juist maar wettelijk kom je hier niet mee weg.
Op advies van onze externe consultants hebben we dit er dan terug afgehaald en aangezien we nog steeds interesse hadden in Anti Ageing hebben we niets meer vermeld.